Als een kind niet leert zoals wij lesgeven, moeten we gaan lesgeven zoals het kind leert

Jack Provily pleit als opvoeder en onderwijsgevende voor uniciteit. ‘ Uitgaan van verschillen in plaats van omgaan met verschillen. Elk mens is ergens goed in en het is de kunst om dat te ontdekken.’ Zijn blog ‘ Ik zou je nooit anders dan anders willen’, dat eerder verscheen in Kinderwijz.
Je bent zo mooi anders dan ik. Niet meer of minder, maar zo mooi anders. Ik zou je nooit anders dan anders willen.
Deze regels van Hans Andreus zijn mijn levensmotto geworden. Het betekent voor mij als opvoeder en onderwijsgevende dat ik me laat verrassen en verbazen door het kind tegenover mij.
Het betekent daardoor ook: uitgaan van verschillen in plaats van omgaan met verschillen. Omgaan met verschillen impliceert dat er altijd sprake is van een kader of een norm waardoor een afwijking of beperking ontstaat. Daarmee ontstaat het begrip ‘zorgleerlingen’ dat aangeeft dat er (extra) zorg nodig is om te kunnen voldoen aan de norm of het gemiddelde.
Uitgaan van verschillen houdt in dat we een kind echt zien als uniek wezen in ontwikkeling. Elk mens is ergens goed in en het is de kunst om dat te ontdekken. De innerlijke kracht wordt dan aangesproken en talenten en kwaliteiten worden versterkt.
We kunnen genieten van de unieke eigenschappen van elk kind! Iedereen is zo mooi anders. Kinderen hoeven niets te worden, ze zijn het al! We kunnen hen wel helpen beter te worden door hun innerlijke kracht te ontwikkelen.
Elke opvoeder en onderwijsgevende zou zich moeten afvragen wie dit kind is, en wat het van hen vraagt. Indien dit niet gebeurt en we een standaard bieden, ontkennen we de uniciteit.
Maar sluit ons onderwijs en onze opvoeding wel voldoende aan bij die persoonlijke ontwikkeling? Heb je weleens nagedacht hoe jij dingen in je leven geleerd hebt? Hoe maak jij je nieuwe zaken eigen? Sloot jouw ‘genoten’ onderwijs daar bij aan? Waar ben jij van nature goed in? Wat gaat jou gemakkelijk af, terwijl anderen daar moeite voor moet doen? En sinds wanneer ken jij je kwaliteiten? Heb jij je talent kunnen benutten? Ben je er nu succesvol mee? Stimuleerden jouw opvoeders, thuis en op school, deze talenten?
Helaas blijkt dat veel mensen pas na hun schooljaren ontdekt hebben wat hun talenten zijn. Sommige mensen leiden hun leven zelfs zonder zich ooit bewust te zijn van hun eigen innerlijke kracht. Het is goed om jonge mensen dit te laten ontdekken. Wanneer kinderen leren waar ze goed in zijn, zijn ze later in staat om het verschil te maken.
Het merkwaardige is echter dat we veel tijd en energie steken in datgene waar leerlingen niet goed in zijn. Dit komt omdat we denken vanuit een referentiekader waar mensen aan moeten voldoen. Ik denk dat het weinig zin heeft om veel aandacht te besteden aan de ‘zwakke’ kanten van een mens. We doen ons best om het verschil te verkleinen en de ervaring leert dat dat weinig energie, voldoening of effect oplevert.
We worden niet gelukkig van goede rapporten, van diploma’s en van hoge beloningen. We worden gelukkig als we in harmonie kunnen leven met wie we werkelijk zijn, met benutting van onze talenten en met kennis van onze tekortkomingen. We worden gelukkig als we onze sterke punten kunnen ervaren.
Laten we daarom stoppen met van ‘vijfjes’ ‘zesjes’ te maken. Focus je op de ‘zevens’ van een kind en maak daar samen ‘achten’ van! Dat is waar onderwijs en opvoeders zich op moeten richten. Jonge mensen helpen om hun talenten te ontdekken en daar gebruik van te maken en ze helpen in hun eigen leerstijlen. En als een kind niet leert zoals wij lesgeven, moeten we gaan lesgeven zoals het kind leert!
Dit vraagt van leerkrachten empathie, belangstelling voor de leerling en verwondering over het unieke van ieder individu. Van mens tot mens…
Deze column verscheen eerder in Kinderwijz, Het magazine Kinderwijz is bedoeld voor zowel het geïnteresseerd algemene publiek als voor professionals zoals artsen, coaches, kindertherapeuten, leerkrachten, onderwijsbegeleiders, orthopedagogen, psychologen en pedagogen.

Geef een reactie

Nieuwsbrief